De nieuwe opzeggingstermijnen
Uitvoering overeenkomst start vóór 2014: overgangsregeling toepassen
De vaststelling van de opzeggingstermijn in de overgangsregeling vereist een optelsom van twee opzeggingstermijnen:
De rechten die al zijn opgebouwd op 31 december 2013 worden vastgeklikt en meegedragen tot het einde van de arbeidsovereenkomst.
Voor arbeiders moet u rekening houden met langere opzeggingstermijnen die gelden voor de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering aanvangt vanaf 1 januari 2012. Bovendien zijn er bedrijfstakken met afwijkende opzeggingstermijnen
Voor bedienden moet u het bruto jaarloon op 31 december 2013 bekijken en een onderscheid maken tussen lagere, hogere en hoogste bedienden.
1. Lagere bediende (tot 32.254 EUR): 3 maand per begonnen schijf van 5 jaar anciënniteit (bij opzegging door de werkgever); 1,5 maand bij een anciënniteit tot 5 jaar of 3 maand bij een anciënniteit van 5 jaar of meer (bij opzegging door de bediende).
2. Hogere bediende (boven 32.254 EUR) en hoogste bediende (boven 64.508 EUR): vaste opzeggingstermijnen die zijn opgenomen in de nieuwe wet. De formule Claeys en soortgelijke formules spelen geen rol meer; 1 maand per begonnen jaar anciënniteit met een minimum van 3 maand (bij opzegging door de werkgever); voor hogere bedienden: 1,5 maand per begonnen periode van 5 jaar anciënniteit met een maximum van 4,5 maand (bij opzegging door de bediende); voor de hoogste bedienden: 1,5 maand per begonnen periode van 5 jaar anciënniteit met een maximum van 6 maand (bij opzegging door de bediende).
De opzeggingstermijn die vanaf 1 januari 2014 wordt opgebouwd, wordt altijd uitgedrukt in weken. De termijn hangt af van de anciënniteit van de werknemer en van degene die het initiatief neemt voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst:
Bij
Bij
Afwijkingen zijn mogelijk via een ondernemings-cao, een individuele overeenkomst of het arbeidsreglement. Die afwijkende opzeggingstermijnen moeten wel gunstiger zijn voor de werknemer.
Vanaf 1 januari 2014 gaat de opzeggingstermijn in de eerste maandag volgend op de week waarin de opzeggingstermijn ter kennis werd gebracht.
Bij tegenopzegging door de werknemer:
=%gt%.De opzeggingstermijn is gelijk aan de som van de resultaten: opzeggingstermijn 1 + opzeggingstermijn 2. Bij ontslag door een bediende wordt het resultaat van het 2e deel wel niet opgeteld bij het 1e deel wanneer op 31 december 2013 de maximale opzeggingstermijn al is bereikt (d.i. gelijk is aan of hoger is dan 13 weken). De uiteindelijke opzeggingstermijn wordt dan beperkt tot 13 werken.
Uitvoering overeenkomst start vanaf 2014: nieuwe regels toepassen
Vanaf 1 januari 2014 zijn de opzeggingstermijnen voor de
De nieuwe opzeggingstermijnen in geval van ontslag door de
.0 tot 3 maanden = 1 week