Btw-aftrek voor bedrijfswagens: tolerantie voor 2020
De regeling die de btw-aftrek voor autovoertuigen beperkt, is ondertussen al meer dan 10 jaar oud. Ze dateert van 29 december 2010 en trad in werking op 1 januari 2011.
De wet had het meer algemeen over bedrijfsmiddelen en stelde dat de btw-aftrek van bedrijfsmiddelen die ook voor privédoeleinden wordt gebruikt, beperkt moet worden tot het beroepsmatig gedeelte van het gebruik. Een bedrijfswagen die door het personeelslid ook voor woon-werkverkeer wordt gebruikt is zo'n typisch voorbeeld van privégebruik van een bedrijfsmiddel.
Bijkomend mag u niet uit het oog verliezen dat de btw-aftrek van autovoertuigen sowieso beperkt is tot 50%. Heeft u een bedrijfsvoertuig dat voor 60% beroepsmatig gebruikt wordt, dan geldt de beperking tot 50% (tenminste als we het hebben over personenwagens). Wordt het bedrijfsvoertuig voor slechts 40% beroepsmatig gebruik, dan is de btw-aftrek beperkt tot 40%. We benadrukken hier nogmaals dat beroepsmatig gebruik gezien moet worden vanuit de btw-plichtige onderneming die de wagen ter beschikking stelt: woon-werkverkeer is niet beroepsmatig voor die onderneming.
Het werkelijke gebruik of een forfait
Hoe bepaalt u het beroeps- en privégebruik? De fiscus biedt u 3 mogelijkheden.
De
De
De
Impact corona
Om de tweede methode toe te kunnen passen, is vereist dat het personeelslid min of meer 200 keer naar kantoor gaat. Met de verplichting om te telewerken sinds 2020 is die voorwaarde niet meer vervuld. Zou u deze methode onverkort toepassen, dan zou dat een bijzonder grote impact hebben op de btw-aftrek. Maar zou u overstappen naar de toepassing van het algemeen forfait, dan hangt u er aan vast voor 4 jaar.
Op die regel voorziet de administratie nu een tolerantie. Wie gewoonlijk de tweede berekeningsmethode gebruikt mag voor 2020 het recht op aftrek uitoefenen via het algemene forfait van 35%. Wie dat wil mag de tweede 'semi-forfaitaire' methode en de derde 'forfaitaire' methode combineren (wat in principe niet toegelaten is).
Dit geldt enkel voor kalenderjaar 2020. Vanaf kalenderjaar 2021 moet u opnieuw de tweede methode gebruiken. De verplichting om gedurende minstens 4 kalenderjaren gebruik te maken van het algemene forfait van 35% geldt dus niet.