Antiwitwaswet: advocaten halen slag thuis
De wet van 18 september 2017 was niet zomaar een aanpassing. In feite verving de wet van 2017, de oude wet van 1993. De voornaamste krachtlijnen van de wet waren:
De uitbreiding van het toepassingsgebied van de wet tot bepaalde dienstverrichters (zoals gokdiensten) en al wie goederen verkoopt voor meer dan 10.000 euro in cash.
De definitie van politiek prominente personen (zoals leden van wetgevende organen, bestuurders van politieke partijen, ...).
De gelijkschakeling van fiscale misdrijven als een onderliggende criminele activiteit van witwassen van geld.
Andere nieuwigheden in deze wet waren de invoering van de verplichte identificatie van de uiteindelijke begunstigde (UBO) en een vernieuwing van de zogenaamde waakzaamheidsverplichtingen (wat u moet doen als u geconfronteerd wordt met een mogelijke poging tot witwassen).
Preventieve maatregelen
De richtlijn die aan de basis ligt van de nieuwe wet voorzag ook dat de landen meer maatregelen moesten nemen die witwaspraktijken preventief aanpakken. In opvolging daarvan voorziet de wet van 2017 onder meer dat gemeld moet worden aan de de Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) als de onderworpen entiteiten
Het tweede punt was een doorn in het oog van de advocaten.
Als een advocaat een vermoeden van witwassen moet melden terwijl de klant, op basis van het advies dat hij/zij kreeg van de advocaat, zijn transactie niet uitvoert, dan holt die verplichting eigenlijk het beroepsgeheim uit.
Het Grondwettelijk Hof bevestigt daarom (arrest 114/2020) dat
De AMLCO
Een ander vraagstuk dat in deze zaak werd beslecht, betreft de functie van de AMLCO (Anti-Money Laundering Compliance Officers). De AMLCO is de persoon die zich moet bezighouden met de concrete uitwerking van interne controlemaatregelen. Dit houdt onder meer in dat deze persoon belast is met het doorgeven van verdachte aangiftes aan de CFI.
Als door omstandigheden die AMLCO niet kan melden (bv. de AMLCO kan niet tijdig bereikt worden of de bestuurders van de meldingsplichtige entiteit lijken betrokken te zijn in een witwasactiviteit en ze beletten het doorgeven van informatie), dan kunnen ook andere personen de informatie doorgeven. Daarbij wordt dan gedacht aan werknemers of vertegenwoordigers van de meldingsplichtige entiteit.
Voor advocatenkantoren was de regering van mening dat als de advocaat zelf niet meldt, en de AMLCO ook niet kan, een andere advocaat van het kantoor dat wel kan doen. Werknemers die zelf geen advocaat zijn kunnen dat niet.