Alternatieve financiering toeslag tijdelijke werkloosheid

Een programmawet van 2 januari 2001 heeft de mogelijkheid gecreëerd om bij KB het bedrag van de alternatieve financiering van de sociale zekerheid te verhogen met de kost van de toeslag van 5% van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid.

Dat blijkt uit een KB van 6 juni 2016. Het bedrag voor 2016 is samengesteld uit:

het bedrag voor het jaar 2016, namelijk 37.195 duizend euro;

verminderd met de afrekening voor het jaar 2015, namelijk 5.714 duizend euro.

De bedragen worden gestort aan de R.S.Z.-globaal beheer.

Het KB van 6 juni 2016 treedt in werking op 4 juli 2016.

Bron: Koninklijk besluit van 6 juni 2016 tot vaststelling voor het jaar 2016 van de verhoging van het bedrag van de alternatieve financiering met de kost van de toeslag van 5 % van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, bedoeld in artikel 114, § 6, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, BS 24 juni 2016

Zie ook: Programmawet van 2 januari 2001, BS 3 januari 2001 (art. 66 PW)