Aanbeveling verduidelijkt rol van de cijferberoepers binnen de Wet Continuïteit Ondernemingen
Toepassingsgebied
De WCO-aanbeveling is intussen definitief van kracht en te raadplegen op de websites van de instituten. De aanbeveling is bindend voor de IAB-leden (externe accountants en belastingconsulenten), de BIBF-leden (externe erkende boekhouders en boekhouder-fiscalisten) en de IBR-leden (bedrijfsrevisoren).
Preventie = detectie + melding
De opdrachten van de cijferberoepsbeoefenaar op het vlak van preventie en opsporing van ondernemingen in moeilijkheden worden in de aanbeveling onder de noemers detectie en melding gebundeld.
In de preventieve fase kunnen de cijferberoepsbeoefenaars ten eerste in de uitvoering van hun opdracht feiten vaststellen die de continuïteit van de onderneming in het gedrang kunnen brengen. Het vaststellen van
Als gewichtige en overeenstemmende feiten worden vastgesteld, dan moeten zij de onderneming op een omstandige wijze hierover inlichten. De WCO voorziet niet expliciet in een formele schriftelijke kennisgeving. Een formele kennisgeving -bij voorkeur per aangetekend schrijven- is echter aan te raden omwille van de bewijsproblematiek en de aansprakelijkheid van de cijferspecialisten. De interinstitutenaanbeveling bepaalt op bindende wijze de inhoud van de kennisgeving. Een loutere mededeling volstaat immers niet. Nieuwe, zwaarwichtigere feiten moeten opnieuw aan het bestuursorgaan worden meegedeeld.
Indien het bestuursorgaan nalaat om de nodige maatregelen te treffen binnen de maand na de kennisgeving door de cijferberoepsbeoefenaar, dan kan men de voorzitter van de rechtbank van koophandel hierover schriftelijk inlichten. De melding aan de rechtbank is op zich geen verplichting. Deze bepaling geldt enkel voor de externe accountant, de externe belastingconsulent en de bedrijfsrevisor.
De rechter kan ook inlichtingen vragen aan de beroepsbeoefenaar over de aanbevelingen die zij hebben gedaan, en in voorkomend geval ook over de maatregelen die de onderneming daarna heeft genomen. Het geven van dergelijke inlichtingen vormt geen schending van het beroepsgeheim.
Remedie = toezicht + bijstand
Naast de preventieve rol hebben de cijferberoepsbeoefenaars, ook een remediërende taak. Bij de opening van de procedure van 'gerechtelijke reorganisatie' onder toezicht van de rechtbank van koophandel krijgt een onderneming in moeilijkheden (schuldenaar) voor een bepaalde periode een opschorting van betaling. De schuldenaar moet bij zijn verzoekschrift tot gerechtelijke reorganisatie een aantal stukken neerleggen: de balans en de resultatenrekening (toezichtsopdracht), en de begroting (bijstandsopdracht). De cijferberoepsbeoefenaars worden ingeschakeld met het oog op de 'objectivering' van deze stukken.
Als de cijferberoeper materiële onjuistheden vaststelt (bv. de balans en resultatenrekening en/of de begroting zijn niet volgens het toepasselijk zijnde stelsel inzake financiële verslaggeving opgesteld), dan moet de cijferberoeper het bestuursorgaan daarvan op de hoogte brengen en aanpassingen voorstellen. Weigert het bestuursorgaan de voorgestelde aanpassingen te maken, dan moet de cijferberoeper zijn toezichts- en/of bijstandsopdrachten teruggeven én een "verklaring van opdrachtbeëindiging" opmaken. Bovendien moet hij als de tekortkomingen neerkomen op gewichtige en overeenstemmende feiten, de schuldenaar omstandig inlichten en desgevallend de voorzitter van de rechtbank van koophandel. De rechtbank van koophandel zal op deze manier de mogelijkheden tot reorganisatie beter kunnen inschatten.